Berggebied in het noorden van Zweden – in de dertiger jaren
'Onze rendieren zijn jouw rendieren'
“Zal ze ooit wel weer terugkomen”, vraagt Njenna zich bezorgd af. Ze zit op de grond bij de rendieren, die rustig om haar heen lopen te grazen. Njenna is een jonge Sami (Lap), een nomade. “Waarom is ze hier weggegaan? Het is toch prachtig hier met onze bergen, het koele water, de eindeloze luchten. We hebben hier onze kudde, onze familie, onze eigen tenten met alles wat we nodig hebben. We hebben onze verhalen en joiks, ons traditionele zingen. Alles kunnen we kwijt in onze joiks.” Dan begint Njenna voor zich uit te zingen over het vertrek van haar oudere zuster Elle-Marja.
Een paar jaar lang is Njenna samen met Elle-Marja naar een Lappenschool geweest. Vreselijk vonden ze het daar. De jongens in het dorp waar de school was, scholden hen uit voor 'vieze Lappen'. Op school sloeg de juffrouw je, als je Sami sprak. Je mocht alleen Zweeds praten. De kinderen woonden samen in een internaat. Allemaal misten ze hun familie enorm.
Elle-Marja kon goed leren. Ze was de beste van de hele groep. Toen er een keer bezoek kwam uit Uppsala, mocht zij de gasten, in het Zweeds natuurlijk, toespreken. Ze schaamde zich een Sami te zijn. Ze wilde schooljuffrouw worden. Ze moest en zou naar Uppsala, om daar te leren. Op een dag liep ze van school weg en stapte in de trein.
“Elle-Marja, mijn geliefde zus, wanneer kom je weer terug bij ons?”, zingt Njenna. “Hoe kan je leven in Uppsala, zonder rendieren, zonder familie? Trouw toch niet met een Zweed, dan zijn we elkaar voor altijd kwijt. Blijf bij ons. Kom weer terug. Onze tent is jouw tent, onze rendieren zijn jouw rendieren.”
_______________________
Bron
De film Sami Blood (2016) van de Zweedse regisseur Amanda Kernell, die zelf een Sami is, vertelt het verhaal van een nomade-meisje dat haar volk, haar land en haar cultuur ontvlucht.
Ga naar:
= de volgende pagina: Sciatàp - een dorpje in de Abruzzen, Zuid-Italië – 1935, verhaal 89.
= de Inhoudsopgave, verhaal 88.