Een afgelegen boerderij in de moerassen van IJsland – 1911 (2)
Na dertig jaar onafhankelijk
“Ja, mijn beste Jon, dit is mijn laatste aflossing. Dertig jaar heb ik voor jullie gewerkt, maar vanaf nu ben ik je niks meer verschuldigd.” Bjart van het Zomerhuis, een fors gebouwde boer met een vierkant gezicht en een volle, donkere baard, kijkt Jon van Buitenroodmoeras, de bleke grootgrondbezitter, recht in het gezicht. Deze schuift zijn pruim naar de andere wang en zegt zacht: “Ach, stumper.” Als Bjart ergens een hekel aan heeft, is het wel aan deze hooghartigheid. Hoe vaak heeft hij zich er niet inwendig aan geërgerd. Maar vandaag laat hij zijn goede humeur niet bederven. Hij is onafhankelijk! Hij kan zijn geluk niet op.
Achttien jaar heeft Bjart voor de familie van het landgoed Buitenroodmoeras gezwoegd als schapenknecht. 's Winters de beesten voederen in de vrieskou, in de lente de ooien bijstaan die gaan werpen en 's zomers tot diep in de avond hooien. Hij heeft er nooit een hekel aan gehad. Hij was gek op de schapen en dat is hij nog steeds. Hij weet er alles van, hij kent alle schapen bij hun naam; hij kent de eigenaardigheden van ieder dier apart.
In die achttien jaar heeft Bjart öre bij öre opzij gelegd, om later een kleine kudde voor zichzelf te kunnen kopen en bouwmateriaal voor een eenvoudige boerderij. Onverwachts deed zich de gelegenheid voor dat hij een stuk grond van Buitenmoeras kon kopen op afbetaling. Het was een groot moerassig gebied wat niemand wou hebben, omdat het er spookte. Maar Bjart gelooft niet in spoken, en greep de kans met beide handen aan. Hij bouwde zelf een kleine boerderij van heideplaggen, met beneden een stal voor zijn ooien, zijn rammen en zijn werkpaard. Boven, onder het schuine dak was het woongedeelte. Daarna trouwde hij met Rosa, een dienstmeid van het landgoed.
Twaalf jaar lang heeft Bjart iedere lente zijn schuld afgelost, als hij zijn zuiglammeren verkocht had aan de opkoper in de stad. Twaalf jaar van ploeteren met zijn vrouw, en later met hun kinderen. In de hooitijd werkdagen van zestien uur. Soms stonden ze de hele dag in de stromende regen.
Veel heeft Bjart verloren. Zijn eerste vrouw overleed bij de geboorte van haar eerste kind. Van zijn tweede vrouw stierven al snel nog drie kinderen. Veel schapen heeft hij verloren aan verschillende dierziekten die het gebied teisteren. Maar Bjart kijkt niet achterom naar wat hij verloren heeft, maar vooruit naar wat hij nog heeft en hoe hij daar mee verder zal gaan. Nu de jaarlijkse aflossingen voorbij zijn, kan hij sparen voor een grote ooienstal. De ergste armoede is eindelijk voorbij.
_______________________
Bron
Onafhankelijke mensen (1934) van de IJslandse schrijver Halldór Laxness is een monumentale roman over kleine schapenboeren: krachtig en ontroerend.
Ga naar:
= deel 1:
Het rendier – een afgelegen boerderij in de moerassen van IJsland – 1899 (1), verhaal 32.
= deel 3:
Een paar jaar rijk – een afgelegen boerderij in de moerassen van IJsland – 1922 (3), verhaal 72.
= de volgende pagina:
'Heilige Isidoor verlaat ons niet!' - een bergdorpje in Peru – 1912 (1), verhaal 55.
= de Inhoudsopgave, verhaal 54.