Peasant Autonomy
         Archive          
go to the previous page     English     ga naar de volgende pagina
Verhaal 36

Provincie Anhui, China – rond 1900 (2)

Paupers in de grote stad


for bigger picture click on this photo

(Foto: Kimon Berlin)

Nanjing, China.

“Het eerste wat je moet doen, is een paar matten kopen, om een hut van te maken”, heeft een medereiziger in de trein verteld. “En dan moet je de gaarkeuken zoeken. Voor een stuiver krijg je daar een kom rijst.”
Dus koopt Wang Lung een paar matten van zijn kopergeld. Zijn vrouw O-lan maakt er een hut van, die ze tegen de achterkant van een grote muur bouwt. Er staan meer hutten. Godzijdank is er inderdaad een gaarkeuken in de buurt. Eindelijk hebben zij weer iets te eten.

De koperen munten zijn nu allemaal op. “Ga bedelen”, heeft de man in de trein geroepen, “dat is beter dan werken.” Maar Wang Lung kan het niet over zijn hart verkrijgen. Met veel moeite leert hij een riksja te trekken. O-lan gaat wel uit bedelen. Haar baby draagt ze op haar arm. Hopelijk vertedert dat de stedelingen. Opa blijft bij de hut en past op de peuter.


for bigger picture click on this photo

(Foto: Tzejen)

Nanjing, China.

Op een dag krijgt Wang Lung de schrik van zijn leven. Soldaten in ruwe lange jassen lopen door de stad en pakken alle mannen op die ze kunnen krijgen. De soldaten gaan naar de oorlog en hebben dragers nodig. Wang Lung weet te ontsnappen door zich achter in de hut te verstoppen, onder wat stro. Hij durft niet meer overdag te werken. 's Nachts trekt hij nu karren met kisten en manden. Het is zwaar werk en het levert maar de helft op van wat hij verdient met de riksja.

Wang Lung verlangt naar zijn dorp, zijn land en de goede, warme aarde die hen jaar na jaar gevoed heeft. Ze moeten wat geld zien te sparen en dan teruggaan, al moeten ze lopen. Lukt het dit jaar niet, dan volgend jaar. Het leven in de stad is verschrikkelijk voor de armen en het land wacht op hen ...

_______________________

Bron
De Amerikaanse auteur Pearl Buck beschrijft in De Goede Aarde (1931) het leven van een Chinees boerengezin met een klein stukje grond. Halverwege het boek wordt het gezin door toeval rijk. In één roman krijg je een beeld van het leven van zowel arme als rijke boeren als van een grootgrondbezitter.



Ga naar:
= deel 1: Hongersnood - Provincie Anhui, China – rond 1900 (1), verhaal 35.
= de volgende pagina: De pelsjager - Siberië, Rusland – 1902, verhaal 37.
= de Inhoudsopgave, verhaal 36.