Peasant Autonomy
         Archive          
                 English     ga naar de volgende pagina

Vragen aan de schrijver

1. Wat is nou eigenlijk een kleine boer?

2. Is dit echt de eerste ‘wereldgeschiedenis van kleine boeren’?

3. Hoe bent u op het idee gekomen een boerengeschiedenis te gaan schrijven aan de hand van romans en speelfilms?

4. Hoe bent u aan de boeken en films gekomen die u gebruikt als bron?

5. Hoe lang heeft u aan het boek gewerkt?

6. Iedereen kan gratis uw website met het boek bezoeken. Wat is het verdienmodel?

7. Bent u zelf boer of komt u uit een boerenfamilie? En woont u op het platteland?

8. Hoe ziet u de toekomst voor kleine boeren?

9. Ik dacht dat er steeds minder boeren komen, want er gaan toch steeds meer mensen in de stad wonen?

10. Wat is uw droom?

11. Wat wilt u de lezer op het hart drukken?

12. Kunt u een bepaalde conclusie trekken uit de geschiedenis van kleine boeren?

13. Heeft u een foto voor mij?

Over de auteur

Artikel over kleinschalige landbouw


1.= Wat is nou eigenlijk een kleine boer?


Een kleine boer, in het Engels peasant, is simpelweg een boerin of boer met weinig grond. Terwijl een grote boer, in het Engels farmer, een boer is met veel grond. In het Nederlands worden beiden ‘boer’ genoemd, maar het Engels heeft er twee verschillende woorden voor: peasant en farmer. En dat is niet voor niks. Want beide typen boeren gaan heel verschillend te werk. Een kleine boer probeert alle mogelijkheden die de boerderij en de boerenfamilie biedt zo handig mogelijk te benutten en zo min mogelijk geld te lenen, omdat hij of zij heel goed weet dat een oogst kan tegenvallen door slecht weer of dat de marktprijzen opeens kunnen zakken.

Een grote boer daarentegen specialiseert zich volledig in een bepaald gewas of soort vee en zal zoveel mogelijk geld lenen om nog meer grond en nog grotere machines aan te kopen en nog meer gebouwen neer te zetten om nog meer te kunnen produceren en te verkopen om zo het hoofd boven water te houden. Een kleine boerin en boer produceren wat hun familie nodig heeft en de rest is voor de verkoop; zij zijn met hun hart bij het land dat al generaties lang in het bezit is van de familie. De grote boer focust volledig op ‘de markt’. De kleine boer probeert zijn onafhankelijkheid kost wat kost te bewaren, bijvoorbeeld door rechtstreeks vanaf de boerderij of op een boerenmarkt aan burgers te verkopen. Een grote boer volgt het overheidsbeleid van schaalvergroting en levert zijn producten aan grote bedrijven.

Bij het onderscheid tussen grote en kleine boer gaat het dus niet zozeer om het aantal hectares, maar om de manier waarop je boert, hoe je in het boerenleven staat. Toch is er geen duidelijke scheidslijn tussen beide vormen van boeren, want tussen de kleine en grote boer staat de middelgrote boer die eigenschappen van beide typen combineert.

Onder ‘kleine boeren’ vallen overigens ook landbouwarbeiders met of zonder een klein stukje eigen grond, kleine vissers, herders, nomaden met een kudde en inheemse volken die op het land werken. Al deze verschillende typen kleine boeren komen in mijn webboek aan bod.

for bigger picture click on this photo

(Foto: Niek Sprakel)

Schilderij: Vincent van Gogh, Nuenen.

2.= Is dit echt de eerste ‘wereldgeschiedenis van kleine boeren’?

Er zijn best wetenschappelijke boeken die bepaalde aspecten van het boerenleven beschrijven, denk bijvoorbeeld aan Boerenverzet in Latijns-Amerika van professor Gerrit Huizer. Of antropologische studies die het leven van een bepaald volk dat leeft van de landbouw beschrijven. Maar zover ik weet, bestaat er geen makkelijk leesbaar boek dat veel aspecten van veel verschillende volken in verschillende tijden beschrijft, zodat de lezer een goed beeld krijgt van wat het leven van kleine boeren nu eigenlijk inhoudt. En dat is opmerkelijk, want tegenwoordig is ongeveer 40 procent van de wereldbevolking kleine boer.

3.= Hoe bent u op het idee gekomen een boerengeschiedenis te gaan schrijven aan de hand van romans en speelfilms?

Ik ben eigenlijk landbouwjournalist en ik heb veel gereisd in India, afgelegen dorpjes bezocht. Een keer vroeg ik mijn goede Indiase vriend Manoj Pande of er ook mooie Indiase romans of speelfilms bestaan over het leven van kleine boeren. Samen zijn we toen in New Delhi de fraaie roman Godaan, The Gift of the Cow van de populaire Indiase schrijver Munshi Premchand gaan kopen en daarna een DVD van de aangrijpende speelfilm Two Acres of Land van regisseur Bimal Roy. Toen realiseerde ik me hoe juist fictie een goed inzicht kan geven in het boerenleven.
   
Later las ik Kroniek van het vuur van de Uruguayaanse journalist en schrijver Eduardo Galeano. In deze indrukwekkende trilogie beschrijft hij de geschiedenis van Latijns-Amerika aan de hand van tal van korte verhaaltjes, chronologisch gerangschikt. Dat bracht me op het idee om op een vergelijkbare manier een geschiedenis van kleine boeren te schrijven. Galeano ging echter uit van anekdotes die hij vond in allerlei wetenschappelijke rapporten en ik ga uit van historische romans en speelfilms, omdat ik daar al sinds jaar en dag een liefhebber van ben.
   
Het leek me overigens ook hoog tijd dat er een boek kwam dat alle aspecten van het boerenleven bij elkaar brengt, zodat de lezer een goed beeld krijgt van de vreugden en het verdriet van het boerenbestaan en van de belangrijke rol die boeren gespeeld hebben in de geschiedenis. Denk bijvoorbeeld aan de boerenrevoluties in Mexico, China, Algerije en Vietnam.

4.= Hoe bent u aan de boeken en films gekomen die u gebruikt als bron?

Toen ik aan mijn grote project begon, herinnerde ik me prachtige boeken die ik vroeger al gelezen had, zoals De druiven der gramschap van John Steinbeck, of films die ik eerder al gezien had, zoals het meesterwerk Novecento van regisseur Bernardo Bertolucci. Natuurlijk vroeg ik links en rechts, keek ik in tweedehandsboekwinkels en doorzocht ik de catalogus van de Openbare Bibliotheek in Amsterdam. Maar het meeste heb ik nog gehad aan de naslagwerken 1001 boeken die je gelezen moet hebben! van Peter Boxall en 1001 films – die je gezien moet hebben! van Steven Jay Schneider. Deze twee boeken hebben mij op het spoor gezet van een heleboel geschikte schrijvers en filmmakers.

5.= Hoe lang heeft u aan het boek gewerkt?

Ongeveer vijf jaar. Maar – glimlachend – het is geen straf geweest. Ik heb de aangrijpendste romans gelezen en heerlijkste films gezien. Ik hoop echt dat wat lezers van mijn webboek een paar van de boeken opzoeken in de bibliotheek of via internet bij een tweedehandsboekwinkel. Er gaat een wereld voor je open.

6.= Iedereen kan gratis uw website met het boek bezoeken. Wat is het verdienmodel?

(Lachend) Tja, verdienmodel … Ik ben nog van de tijd dat dit woord niet bestond. Ik heb met heel veel plezier aan dit boek gewerkt en ik hoop dat een aantal lezers wat meer gaat begrijpen van het mooie en verschrikkelijke van het leven van kleine boeren en van het belang en de mogelijkheden van kleinschalige landbouw. Als dat lukt, ben ik voldoende beloond.


for bigger picture click on this photo

(Foto: Allie_Caulfield)

Schilderij: Vincent van Gogh, Nuenen.
7.= Bent u zelf boer of komt u uit een boerenfamilie? En woont u op het platteland?

Ik kom uit een middenklassegezin en woon al heel wat jaren in Amsterdam. Maar, als peuter woonde ik in het dorpje Drunen, daarna in een stad en later, vanaf mijn tiende jaar, in Nuenen, een dorpje van kleine boeren waar ook Vincent van Gogh vroeger gewoond heeft en waarover hij zo mooi getekend en geschilderd heeft. Ons huis was aan de rand van het dorp en het boerenland daarachter was beschermd landschap, waardoor het niet herverkaveld was. Het waren vriendelijke kleine lapjes grond met zandwegen en her en der nog een oud stukje moeras, waar je ‘s avonds de nachtegaal kom horen zingen. Er waren een paar weilanden waar de koeien graasden of een werkpaard en een paar akkers met tarwe, gerst, rogge, haver en knolletjes. De boerderijen hadden een prachtige moestuin. Maar ook in ons dorp sloeg de schaalvergroting toe, met alle drama’s van dien.
   
Onze ouders hadden niet veel tijd voor ons. Van mijn tweede tot mijn tiende jaar had mijn moeder een boerenmeisje als huishoudelijke hulp. In de praktijk ben ik door hen grootgebracht. Van hen heb ik een boerenhart meegekregen, dat kan ik rustig zeggen.

8.= Hoe ziet u de toekomst voor kleine boeren?

Ik ben geen landbouwdeskundige, maar ik denk dat iedereen wel kan zien dat kleine boeren over de hele wereld het erg moeilijk hebben: de overheid zet in op grootschalige landbouw, internationale handelsverdragen drukken de opbrengsten voor landbouwproducten naar beneden en multinationals verhogen de prijzen van landbouwchemicaliën voortdurend.
   
Ik ben als landbouwjournalist veel in India geweest en daar zie je dat door deze ontwikkelingen veel boeren geen andere uitweg zien dan zich van het leven te beroven. Sommige deskundigen halen hun schouders op, omdat zij kleinschalige landbouw achterhaald vinden. Grote machines gaan het werk doen op mega-boerderijen en de kleine boeren zouden maar werk moeten gaan zoeken in de stad. Maar zo moet je niet denken. Ongeveer veertig procent van de wereldbevolking is kleine boer, die kunnen nooit allemaal opgenomen worden door de steden. Kleinschalige landbouw is bovendien onontbeerlijk in de strijd tegen opwarming van de aarde, want zij verbruikt veel minder fossiele brandstof dan de zwaar gemechaniseerde grootschalige landbouw. Ook voor gezond voedsel, een fraai landschap en een levendig platteland met veel werkgelegenheid kunnen we niet om de kleine boerinnen en boeren heen. Het enige wat de overheid hoeft te doen is een behoorlijke prijs te garanderen voor milieuvriendelijk geteelde landbouwproducten. En te zorgen voor even goede onderwijs- en gezondheidsvoorzieningen op het platteland als in de stad. De wereld zal er van opbloeien.

9.= Ik dacht dat er steeds minder boeren komen, want er gaan toch steeds meer mensen in de stad wonen?

Het is juist dat er wereldwijd een trek naar de stad is. Maar nog steeds is ongeveer 40 procent van de wereldbevolking kleine boer. En in absolute getallen zijn er nu zelfs meer kleine boeren dan ooit in de wereldgeschiedenis. Het kleine boerenbedrijf is dus allerminst een marginaal verschijnsel.


for bigger picture click on this photo

(Foto: Niek Sprakel)

Schilderij: Vincent van Gogh, Nuenen.
10.= Wat is uw droom?

Tja, wat is mijn droom? Eigenlijk, dat de kleinschalige landbouw, die ik zelf nog meegemaakt heb toen ik kind was, weer terugkeert. Ik snap wel dat ik de klok niet terug kan draaien. Maar de wereld schreeuwt om kleinschalige landbouw: gezonde voeding, drastische beperking van CO2-uitstoot, de trek naar de grote stad afremmen, meer werkgelegenheid en minder armoede in de Derde Wereld. Dat alles wijst in de richting van kleinschalige boerenlandbouw. En de kleine boeren staan er klaar voor; ik heb dat gezien in India in allerlei dorpen en ook in het Westen zijn er zoveel jonge boerinnen en boeren die een prachtig klein boerenbedrijf opbouwen. Nu de overheid nog. Waar wacht zij in hemelsnaam op?
   
Eind 2018 namen de Verenigde Naties een verklaring aan over de rechten van kleine boeren. Dat heeft me zo goed gedaan. Eeuwenlang was het woord ‘boer’ in de mond van een stadsbewoner niet meer dan een scheldwoord. Nu is het woord ‘boer’ of in het Engels ‘peasant’ iets om trots op te zijn. Het onrecht van eeuwen moet rechtgezet worden. De uitbuiting gestopt. Het is de hoogste tijd, want de kwaliteit ons voedsel en van het milieu staat op het spel en de levensomstandigheden van een paar miljard mede-wereldburgers. Dat alles kunnen we niet ongestraft negeren.

11.= Wat wilt u de lezer op het hart drukken?
 
Beste mensen, ga er eens rustig voor zitten. Verdiep je via mijn webboek eens in het leven van de kleine boeren, hoe moeilijk dat was en hoe mooi, hoe moeilijk het nu nog steeds is en hoeveel mogelijkheden het juist nu biedt om het leven van ons allemaal gezonder en mooier te maken. Het ligt binnen handbereik!


for bigger picture click on this photo

(Foto: Lluís Ribes Mateu)

Schilderij: Vincent van Gogh, Nuenen.
12.= Kunt u een bepaalde conclusie trekken uit de geschiedenis van kleine boeren?
 
Het leven van kleine boeren is zo gevarieerd en zo veelomvattend, dat iedere samenvatting van mijn kant het tekort zou doen. Verder zal iedere lezer bij elk verhaal zijn of haar eigen gedachten, vermoedens en gevoelens hebben. Die laat ik graag intact.

13.= Heeft u een foto voor mij?

(Glimlachend) Van mezelf? Nee, die heb ik niet bij de hand. Maar kijk eens in het webboek, bij de overzichtspagina’s. Daar zie je allemaal foto’s van kleine boeren uit veel verschillende landen. Kies er daar maar een paar van uit.

Over de auteur

Jan Paul Smit (1951) is een milieu- en landbouw-journalist. Hij publiceerde artikelen in onder andere De Kleine Aarde en Milieudefensie. Ook schreef hij verschillende boeken, zoals De armoedige levensvisie van het rijke Westen, een boek van en over de Indiase natuurwetenschapper, milieuactiviste en feministe Vandana Shiva. En: Duistere Machten – het boerenbestaan, de wereld, ons eten bedreigd – bijvoorbeeld Cargill. Hij reisde veel over het platteland van India en maakte samen met Paul Enkelaar de televisiedocumentaire Moeder Aarde – een nieuwe toekomst voor kleine boeren.

Artikel over kleinschalige landbouw

Voor een prima artikel over het belang van het herstel van kleinschalige landbouw, speciaal voor de armen in het Zuiden, en voor een gedetailleerde lijst van maatregelen die de overheid daartoe dient te nemen, zie het artikel Growing back stronger – Choosing resilient food systems in the wake of Covid-19 van landbouw-professor Jan Douwe van der Ploeg.

 
Ga naar:
= de Beginpagina van 'Een Boerengeschiedenis',
= de Inhoudsopgave.